Wat is Vrijmetselarij?

Indien men voor een antwoord op deze vraag te rade zou gaan bij vrijmetselaars, dan zou men al snel merken dat er zoveel verschillende antwoorden op deze vraag zullen gegeven worden als er vrijmetselaars bestaan. Dit komt omdat vrijmetselarij in eerste instantie een persoonlijke aangelegenheid is, waarbij een eigen visie op en benadering van het gegeven maar ook de persoonlijke beleving ervan centraal staat. Op de vrijmetselaar zelf is het dat het hier ter zake aankomt. Men zou dan ook bij wijze van spreken kunnen stellen dat de vrijmetselarij in de eerste plaats is wat de individuele vrijmetselaar er zelf van maakt. Er is dus in de vrijmetselarij volop ruimte voor persoonlijke interpretatie, individuele verwerkelijking en praktische invulling van wat vrijmetselarij voor de persoon in kwestie betekent. De vrijmetselarij omvat immers geen eigen dogmatisch-gesloten of systematisch uitgewerkte leer of doctrine die door alle leden moet worden gevolgd, laat staan aan hen opgelegd. Het persoonlijk zoeken, nadenken en studeren staan in de vrijmetselarij dan ook centraal, wat niet wegneemt dat vrijmetselaars de resultaten daarvan ook aan elkaar ter verdere overweging en gedachtewisseling kunnen voorleggen (zoals dat in zgn. bouwstukken, seminaries, studiedagen, symposia en fora gebeurt).

Toch kan men evenwel vaststellen dat in alles wat er ook over vrijmetselarij gezegd en geschreven wordt, er een aantal telkens terugkerende of voortdurend op de achtergrond meespelende betekeniskernen terug te vinden zijn met betrekking tot wat vrijmetselarij is.

Eerst en vooral is vrijmetselarij wezenlijk een symbolisch-ritueel systeem, d.w.z. een samenhangend geheel van maçonnieke symbolen (symboliek), waarnaar wordt verwezen en die ter sprake worden gebracht of gehanteerd in een reeks uitgewerkte en onderling met elkaar verbonden maçonnieke rituelen. In de vrijmetselarij is dan ook alles symbool en ritueel. Wat vrijmetselaars dus tijdens hun bijeenkomsten (zittingen) in hun werkplaatsen of loges op de eerste plaats doen is niets anders dan het plechtig en gedreven uitvoeren van deze rituelen. Vrijmetselarij betekent dan ook in eerste instantie het geregeld bijwonen van en deelnemen aan deze rituele zittingen in de loge. Dit is immers wat wordt bedoeld met de uitdrukking ‘het beoefenen van de Koninklijke Kunst’.

Een symbolisch-ritueel systeem.

Er wordt gewerkt met een samenhangend geheel van maçonnieke symbolen, waarnaar wordt verwezen en die ter sprake worden gebracht of gehanteerd in een reeks uitgewerkte en onderling met elkaar verbonden maçonnieke rituelen.

Hieruit volgt onmiddellijk een tweede kernbetekenis. Dat symbolisch-ritueel systeem kan men slechts leren kennen door er in ingewijd te worden, d.w.z. wanneer de profaan (=niet-ingewijde) door de groep broeders van een loge als kandidaat wordt aanvaard en vervolgens in de graad van leerling-vrijmetselaar wordt ingewijd.

Het inwijden van profanen is dan ook een van de kerntaken van een loge en in die zin kan men gerust stellen dat het tot het wezen van de vrijmetselarij behoort een inwijdingsgenootschap te zijn. Wat is de bedoeling van die inwijding? De bedoeling is om door middel van de maçonnieke symbolen en rituele handelingen de overdracht van een spirituele invloed op de inwijdeling te laten plaatsvinden, die hem in staat moet stellen om enerzijds te werken aan zijn eigen morele vervolmaking als mens en om anderzijds zijn zoektocht naar de diepere zin van het zijn en het leven te inspireren en te oriënteren. Vrijmetselaars drukken dit symbolisch uit door te spreken over ‘het kappen aan de ruwe steen’ en ‘het zoeken naar het Verloren Woord’.

Wie de drang om ‘aan zichzelf te werken en zichzelf te leren kennen’ en om ‘de Waarheid te zoeken’ niet in zich voelt, kan in een loge niets komen doen. Wie daarentegen in zich als zoekende mens de nood ervaart aan momenten van rustige introspectie, verhelderende zelfreflectie of verheffende meditatie, zal in een loge weliswaar met enige inspanning zeker zijn gading vinden.

Vrijmetselarij betekent dus in zijn loge samen met zijn broeders in onderlinge vriendschap en harmonie proberen te ‘bouwen aan de Tempel van de Mensheid’ en dit ‘ter ere van de Opperbouwmeester van het Heelal’. Het spreekt echter voor zich dat vrijmetselaars hun maçonnieke inspiratie en de idealen die zij nastreven, ook buiten hun loge in hun persoonlijk en maatschappelijk leven meenemen en ook daar gestalte zullen proberen te geven (zoals bv. in een of andere filantropische actie of project).

Een inwijdingsgenootschap.

De vrijmetselarij hanteert als werkmethode de initiatie, dit wil zeggen de stelselmatige, graduele en gestructureerde inwijding van haar leden tot volwaardige vrijmetselaars. De inwijdeling ondergaat een veranderingsproces, waarin hij evolueert van een buitenstaander (profaan) naar een medestander (broeder). Elke graad is een stap in het proces van inwijding. Steeds worden andere inzichten en ervaringen aangedragen met behulp van de vrijmetselaarssymbolen.
 
KERNBEGRIPPEN

  • zelfarbeid
  • zingeving
  • doorgronden
  • opbouwen
  • broederlijkheid
  • harmonie

Tenslotte bedoelt men met het woord vrijmetselarij ook dikwijls haar ‘organisatorische structuur’. Vrijmetselaar is men slechts wanneer men lid is van een loge en wanneer men door de broeders van die loge als zodanig wordt (h)erkend. In zo’n loge worden de eerste drie zgn. symbolische of blauwe graden verleend, nl.die van leerling, gezel en meester. Zij beschikt wat haar eigen werking en beleid betreft over een zeer grote autonomie. Dit neemt echter niet weg dat een dergelijke loge maar pas geldig kan werken wanneer zij erkend is door de grootmacht van het land waar zij zich bevindt (en die in ons geval zelf door de Verenigde Grootloge van Engeland is erkend). Zo’n grootmacht (of obediëntie) noemt men meestal een ‘Grootoosten’ of een ‘Grootloge’ en deze oefent als enige instantie het overkoepelend administratief bestuur en het toezicht uit over al de symbolische loges die onder haar ressorteren. Zo maakt onze loge ‘De Zon’ nr. 34 deel uit van de Reguliere Grootloge van België (RGLB), de enige door Londen als regulier erkende grootmacht in ons land (voor verdere uitleg: zie Principes en Waarden). Alle reguliere grootmachten samen vormen dan de zgn. reguliere (of traditionele) vrijmetselarij.

Een organisatorische structuur.

De vrijmetselarij heeft een specifieke organisatorische structuur, die zich vertaalt in een uitwendige hiërarchie op bestuurlijk niveau en een inwendige hiërarchie op individueel en initiatiek niveau.